Nederlandse auteurs
In het jaar 1957 traden de eerste Nederlandse auteurs toe. Drie jaar later, 1960, vervolledigden Armando, Cees Buddingh' en Simon Vinkenoog de redactie van het tijdschrift. De Nederlanders zorgden voor een geleidelijke overgang naar het nieuwrealisme binnen het periodiek.
De Vlaamse auteurs konden zich niet verzoenen met de nieuwrealistische poëtica van de Nederlanders waardoor ze één voor één de redactie verlieten.
De Nederlandse auteurs lieten geen ruimte voor een moeilijk taalgebruik en complexe beeldspraak zoals blijkt uit onderstaand citaat van Hans Sleutelaar:
"Als ik hun werk lees dan begrijp ik niet wat er staat. Ik vind het volslagen onzin en wartaal. Af en toe begrijp ik wel wat er bedoeld wordt.
Hun werk handelt over alledaagse en banale dingen die de feiten benadrukken. Het alledaagse vindt de lezer niet terug in het werk van Paul Snoek, Hugues C. Pernath en Gust Gils.
De Nederlandse auteurs hebben de macht gegrepen en hun eigen stempel op het blad gedrukt.
september in de trein
(15.9.63)
- wat is het stil, hè.
- nou.
- je kan merken dat de vacanties afgelopen zijn.
- ja, dat is geweest. niemand is meer met vacantie.
- een paar nog hier en daar.
- d’r zijn er nog een paar met vacantie, maar de meesten niet.
- nee, voor de meesten is het afgelopen.
(15.9.63)
- wat slingert dit rijtuig, hè.
- nou.
- je kan merken dat het het laatste is.
- ja.
- ja, d’r zit niks meer achter, hè.