Voor zijn culturele verdiensten werd Jozef Deleu in de loop der jaren meerdere keren geridderd: Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau (1996), Chevalier des Arts et Lettres (1997), Chevalier de l’Orde National du Mérité (2001), Officier des Arts et Lettres (2003) en Grootofficier in de Leopoldsorde (2003).
Stichting Ons Erfdeel werd ook een aantal keer bezocht door vertegenwoordigers van het Belgische koningshuis. Zo was koningin Fabiola te gast in Rekkem in 1988. In 1993 kwamen koning Albert II en koningin Paola op bezoek.
Naast de officiële erkenningen door de Belgische staat, werd Jozef Deleu ook herhaaldelijk door andere organisaties en instanties bekroond voor literaire en culturele verdiensten: Prijs van de Vlaamse Poëziedagen (1965), Karakterprijs Visser-Neerlandia (1970), Zilveren Medaille Robert Schuman (1973), André Demedts-prijs (1974, samen met echtgenote Annemarie Deblaere), Prix Descartes (1980), G.H.’s Gravesandeprijs (1981), Grote Cultuurprijs van de Provincie Oost-Vlaanderen (1989), Lieven Gevaert Prijs (1989), P.E.N.-prijs (1991), Adam de la Poésie (1994), Taaluniepenning van de Nederlandse Taalunie (1995), Prijs voor Poëzie van de Provincie West-Vlaanderen (1995), Het Gulden Boek van het Vlaams Boekbedrijf Boek.be (2002), Prijs voor Vlaams-Nederlandse Culturele Samenwerking (2009), Arkprijs van het Vrije Woord (2020).
Op 25 maart 1994 mocht Jozef Deleu een eredoctoraat van Universiteit Gent in ontvangst nemen.Hij werd voorgedragen voor het eredoctoraat door de Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen en prof. dr. H. Gaus, de decaan van de faculteit, trad op als zijn ere-promotor.
Jozef Deleu maakt met dit eredoctoraat deel uit van een illuster gezelschap letterkundigen zoals Leonard Nolens, Breyten Breytenbach, Isabel Allende en Carlos Fuentes die het eredoctoraat ook kregen.