Inleiding: Ontstaan en geschiedenis

In oktober 1973 debuteerde Hoofts bibliofiele serie met Een gefilmde droom, een verzameling gedichten van Willem M. Roggeman en lithografieën van Pol Mara. Doorheen de volledige jaren '70 verschenen consistent nieuwe afleveringen tot het project in 1981 op z'n einde liep.

Hoofts bibliofiele serie was een initiatief van Uitgeverij Hooft onder leiding van kunstverzamelaar, dichter en essayist Herwig Leus. Hij voerde het project uit in samenwerking met dichter en proza-auteur Willem M. Roggeman. Door Roggemans functie bij de kunstredactie van Het Laatste Nieuws had hij veel kennissen in de literaire en artistieke wereld. Hoewel Leus graag nieuwe contacten wilde leggen in dat milieu, lag zijn netwerk eerder in de verzamelwereld. Daarom schakelde hij de hulp van Roggeman in bij de redactie van de reeks. Uiteindelijk hebben negenentwintig kunstenaars bijgedragen aan het project, waaronder vele bekende namen zoals Patrick Conrad, Camille d'Havé, Herman de Conick en Paul Snoek. Leus en Roggeman hadden ook uitgaves van Paul Rodenko en Adriaan Roland Holst op het oog, maar uiteindelijk leverden zij toch geen bijdrage voor het project. In 1981 verscheen de drieëntwintigste, en laatste, aflevering, vermoedelijk omdat de productie van de mappen te duur was geworden, ondanks het commerciële succes van de serie. Bovendien werd Leus door een ziekte geplaagd, wat ook een hand gehad kan hebben in het beëindigen van de reeks.

IMG_4570.HEIC
Hooft_VerschillendeFormaten.png
Requiem_InhoudMap.png
kladbladen 1.PNG
Kladblad7.JPG

Om de serie vorm te geven koos Leus-Roggeman had in de productie geen hand-voor twee verschillende mappen. Aanvankelijk verschenen de uitgaves enkel in klein formaat (400x300 mm). Vanaf de tiende aflevering, in 1976, werd uitsluitend een groter formaat (670x520 mm) gebruikt. Hierbij werd de kartonnen band ook vervangen door een linnen folder. De enige uitzonderingen hierop zijn de twee afleveringen van Marcel van Maele, waarvoor het kleine formaat in gebruik bleef. Het eerste exemplaar van iedere uitgave bevat steeds heel wat extra materiaal, zoals kladversies van zowel de gedichten als de illustraties, doedels en notitieblaadjes, en soms zelfs etsplaten. Enkele van die eerste exemplaren bevinden zich vandaag in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience.

In de reeks staat de samenwerking tussen woord en beeld centraal. Het was dan ook Roggeman en Leus' initiële idee om een tentoonstelling van de reeks te maken. Daar is nooit iets van in huis gekomen. In de bibliofiele serie is ieder deel een wisselwerking tussen gedichten en visuele kunst, van gouaches en lithografieën tot etsen en linosnedes. Het unieke formaat van de uitgaves legt de nadruk op de materialiteit van het kunstobject. Dit zijn niet zomaar dichtbundels die op de trein gelezen kunnen worden, het omslaan van iedere pagina maakt deel uit van de ervaring. Het losbladig karakter wekt de indruk dat ieder gedicht en ieder beeld een individueel kunstwerk is dat zomaar ingekaderd zou kunnen worden.

Tweede ets.png
DE SLANG 1.jpg
Titelblad.jpg
IMG_2801.heic
Requiem_Band.png
Requiem_Ets3.png

__

Graag willen we Willem M. Roggeman bedanken voor de uitgebreide toelichting.